Achtergrond Marja

Jeugd / tienerjaren (1964 - 1982)

Marja is op 10 mei 1964 geboren in Lemmer, Friesland. Haar ouders waren Niek (1938 - 2014) en Christel (???). Marja had een oudere broer, Ralf (1961 - 2004), en een jongere zus, Ellen (1967).

Marja Nijholt © RTV Oost

Marja’s ouders scheidden toen zij ongeveer vier jaar oud was. Een scheiding met grote gevolgen. Na de scheiding zorgde Marja’s vader ervoor dat zijn vrouw Christel haar kinderen niet meer mocht zien. Marja's vader ontmoette een nieuwe vrouw, Gemma, die Marja's stiefmoeder zou worden. Daarna vestigde het gezin zich in Udenhout, Noord-Brabant. Gemma en Niek kregen samen een dochter, Maaike, Marja’s halfzus. Na de scheiding van haar ouders hing Marja erg aan haar vader en beschouwde ze haar stiefmoeder Gemma als een indringer vanwege de scheiding van Niek en Christel op jonge leeftijd.

Geestelijke gesteldheid vader (Niek)

Steef, Marja’s latere vriend, geeft aan dat hij Marja heeft leren kennen in een tijd dat het voor haar thuis onzeker was. Dit lijkt te zijn veroorzaakt door de psychische problemen waarmee haar vader te maken had. Na het verliezen van zijn baan ging het bergafwaarts. Zus Ellen omschrijft de thuissituatie als volgt: ‘Dan was mijn vader ook niet het meest liefdevolle type. Die liet alles aan mijn stiefmoeder [Gemma] over. En die kwam er eigenlijk na een half jaar huwelijk achter dat ze met een psychiatrische man was getrouwd, die gewoon enorm met zichzelf in de knoop zat. Ja, mijn stiefmoeder zat in de overlevingsstand. Ik bedoel als je drie kinderen in de schoot geworpen krijgt, waarvan er twee natuurlijk al een behoorlijke achterstand hebben omdat ze hun moeder hebben verloren. En een psychiatrische man. Dat is hartstikke complex.’

Volgens Christel, Marja’s biologische moeder, komen psychiatrische aandoeningen vaker voor in de familie van Niek. Nieks broer, zijn zus en zijn moeder hadden ook een psychiatrische aandoening. Zijn moeder zou zelfs zelfdoding gepleegd hebben. Over Niek zegt ze: ‘Die zat dan met zijn hoofd tegen de verwarming aan te kloppen. (...) Hij heeft ook wel eens met een mes voor me gestaan. Heeft mij ook van de trap geschopt.’

Volwassen (na 1982)

Op kamers

Marja heeft tot haar achttiende bij haar vader en stiefmoeder in Udenhout gewoond. Waar Marja na haar achttiende ging wonen, is niet geheel duidelijk. Iemand die haar gekend heeft, meent dat ze op verschillende plekken woonde: op kamers in Tilburg, bij haar ouders in Udenhout, bij bekenden in Goirle en bij haar vriend Steef. Volgens Steef heeft hij Marja in 1984 ontmoet in Tilburg. Marja was toen 20 en Steef 26. Ze gingen vaak samen weekendjes weg op Steef’s motor.

Enschede

Marja werd toegelaten op de AKI, de kunstacademie in Enschede. Het is niet bekend in welk jaar dit was. Volgens Steef was de woonsituatie in het begin lastig. Toen Marja een woning in Enschede toegewezen kreeg, is ze daar samen met Steef gaan wonen. Omdat Marja veel ruimte voor haar kunst nodig had en Steef ook ruimte wilde, is hij uiteindelijk in een andere woning op loopafstand van haar huis gaan wonen. Een bekende van Marja schetst een ander beeld. Steef zou met een vrouw en kind naar Enschede zijn verhuisd en Marja is hem achterna gegaan. Dit is dus tegenstrijdige informatie.

Marja heeft een tijd officieel op het adres Plein West-Indië 1, Enschede gewoond. Dit is niet het adres van Steef. Toen Marja op een gegeven moment voor langere tijd naar Frankrijk ging, is de huur van het huis op Plein West-Indië 1 opgezegd. Na terugkomst in Nederland verbleef Marja op verschillende adressen. Voor de communicatie met overheidspartijen gebruikte ze toen inschrijfadressen. Een inschrijfadres is hetzelfde als een briefadres.

Steef

Bureau Dupin geeft aan dat Steef heeft gezegd 29 jaar een relatie te hebben gehad met Marja. Dit zou betekenen dat Marja en Steef sinds 1984 onafgebroken een relatie hebben gehad. Op 15 januari 2013 is in een artikel van RTV Oost sprake van een ex-vriend van Marja. Wie deze ex-vriend is, is onbekend en zou tegenstrijdig zijn met de bewering dat Steef en Marja 29 jaar een relatie hebben gehad. De politie stelt dat Marja in 2013 samenwoonde met haar vriend op de Bonairestraat. Tubantia schrijft in 2019 dat Marja in 2013 ‘regelmatig’ bij een vriend op de Bonairestraat woonde.

Werk en inkomen

Het is niet duidelijk welke studie Marja op de AKI is begonnen en of ze deze heeft afgemaakt. Wat voor werk Marja heeft gedaan is niet bekend. De enige aanwijzing is dat ze begin jaren 80 even bij een drukkerij in Tilburg heeft gewerkt, maar dit is niet bevestigd. Op de rouwkaart van het Citypastoraat staat dat Marja van een uitkering leefde en soms financieel in de problemen kwam doordat ze deze met mensen deelde.

Broer

Marja had een drie jaar oudere broer genaamd Ralf. Wanneer Ralf het ouderlijk huis heeft verlaten is onbekend. De laatste bekende woonplaats van Ralf is Amsterdam. Hier woonde Ralf samen met zijn vrouw Jeanet met wie hij een zoon had die de achternaam Nijholt draagt. Ralf en zijn vrouw zijn op een onbekend moment gescheiden. Of er sprake was van een wettelijk huwelijk of een religieus huwelijk is onduidelijk. Ralf is op 12 februari 2004 in Amsterdam overleden. Over de toedracht van Ralfs dood zijn diverse verhalen. Zie Overlijden Broer voor meer informatie hierover. Zowel Ralf als zijn vrouw waren actief in de Hare Krishna-gemeenschap in Amsterdam. Ralf zelf had een hoge functie binnen de Hare Krishna. Ralfs vrouw zat, voordat zij toetrad tot de Hare Krishna, in de alternatieve muziekscène en heeft ooit 100.000 euro voor een marmeren vloer aan de Hare Krishna gedoneerd voor een nieuwe tempel in de Belgische Ardennen. Ook Marja zou volgens Bureau Dupin in de Hare Krishna geïnteresseerd zijn. Meer over Hare Krishna is te vinden bij Hare Krishna. Over de relatie tussen Ralf en Marja is niets bekend. Een bekende van Marja heeft in de Dupin-community aangegeven dat Ralf afkickte van de drugs en bij de Hare Krishna is gegaan. Of Ralf al was afgekickt voordat hij bij de Hare Krishna ging, of daar pas afkickte, is onduidelijk.

Woonplek vader

Marja is na de scheiding van haar ouders opgegroeid in het huis van haar vader en stiefmoeder in Udenhout. In aflevering 2 van de podcast van Bureau Dupin in 2020 is te horen dat Marja’s stiefmoeder Gemma in 2020 nog in hetzelfde huis woonde. Volgens de rouwkaart van Marja’s vader is hij overleden in Loon op Zand en begraven in Udenhout.

Op 15 januari 2013 heeft een onbekende ex-vriend van Marja gezegd dat Marja in Oss was als tussenstop voor een bezoek aan haar vader, die in een tehuis in Udenhout woonde. Op de rouwkaart die op 16 januari 2013 in het Citypastoraat hing, stond dat Marja’s vader in Oss in een tehuis zat. Of Marja’s vader op het moment van Marja’s dood nog samen met Gemma in het ouderlijk huis in Udenhout of in een tehuis woonde, is onbekend. Als Niek in 2013 in een tehuis woonde, is onbekend of dit in Udenhout, Loon op Zand, Oss of elders is geweest.

Ruzie met stiefmoeder

Stiefmoeder Gemma zegt in aflevering 2 van de podcast De Nieuwjaarsmoord in 2020 dat Marja drie of vier jaar voor haar dood een keer zo nijdig was dat ze Gemma heeft geslagen en gestompt. Marja heeft in december 2012 samen met Maaike (Marja’s halfzus/dochter van Gemma) geprobeerd deze ruzie bij te leggen. Gemma zegt hierover: ‘Maaike en Marja zijn hier geweest en hebben het er nog over gehad om het weer aan te knopen. Ik zeg jongens, luister eens. Ik kan dat niet meer, het is vreselijk, maar … Gaan jullie je gang, maar ik kan het niet. Ik wil dit niet meer’. Het lijkt er dus op dat Marja en Gemma in de laatste jaren voor haar dood ruzie hadden.

Karakter / Geestelijke gesteldheid

Rouwkaart in het Citypastoraat Enschede © RTV Oost

Op en neer, zo verliep haar leven ook.
Ze kende hoogtepunten waarin ze alles aankon,
en creatief was. Dan maakte ze reizen, ze
schilderde en boetseerde, en ze speelde piano
Tijdens de dieptepunten kon ze het leven echt niet aan.

(Tekst rouwkaart)

Vrijwel iedereen die Marja kende, benadrukt dat Marja een enorm lieve vrouw was. Ze wordt omschreven als levendig, energiek, talentvol en als iemand die voor iedereen klaar stond. Door haar openhartigheid en naïviteit maakte ze snel contact met mensen.

Marja ontwikkelde net als haar vader psychische problemen. Ze wordt omschreven als manisch-depressief, bipolair en op latere leeftijd schizofreen en paranoïde. Marja had veel angsten. Marja is een aantal keren opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. Wanneer dit precies is geweest en waarvoor ze werd behandeld, is niet bekend. Volgens Steef heeft Marja meerdere keren therapie gevolgd. Hij heeft dit een keer of zes meegemaakt.

Marja’s familie beschrijft Marja als een van kinds af aan aanhankelijk persoon die veel liefde en aandacht nodig had. Vanuit de drang naar bevestiging probeerde ze op allerlei manieren krampachtig om liefde te krijgen. Zus Ellen zegt dat dit van kwaad tot erger ging: ‘Marja belde honderden keren per dag op. Toen de telefoon geblokkeerd werd, kwam Marja elke dag langs. Als ze niet binnen werd gelaten bleef ze buiten een hele dag op het raam kloppen.’ Waar zich dit heeft afgespeeld is onduidelijk. Andere kennissen maakten soortgelijk gedrag van Marja mee. Het gedrag van aanhankelijkheid en veel aandacht opeisen wordt ook bevestigd door de pastor van het Citypastoraat Enschede.

De mentale staat van Marja lijkt te verslechteren naarmate ze ouder wordt. Haar zus Ellen zegt dat ze op een gegeven moment zo beschadigd was dat ze niet meer wist wat een normale omgang met mensen inhield. Stiefmoeder Gemma stelt dat Marja haar soms opbelde met doodsangsten, en dat ze zei dat ze ziek was en dood zou gaan. Volgens zus Ellen kon Marja’s stemming zomaar omslaan naar explosief en agressief. Hoewel de politie Marja in 2019 beschrijft als iemand die verward maar nooit agressief was, heeft Marja haar stiefmoeder Gemma een aantal jaren voor Marja’s dood geslagen en gestompt. Zie Ruzie met stiefmoeder.

Bedreiging / Achtervolging

In de laatste jaren van haar leven dacht Marja achtervolgd en bedreigd te worden en vreesde ze voor haar leven. Deze achtervolging zou zowel fysiek als via haar computer en telefoon plaatsvinden. Wanneer deze angst zich ontwikkelde, is onbekend.

Steef vertelt dat Marja echt dacht dat er mensen haar in de gaten hielden. ‘Negen van de tien keer was er niemand die je tastbaar kon aanwijzen. Een heel enkele keer zei ze van: “Ja, die. Die moet je in de gaten houden.” Tien minuten later zag je die persoon nergens meer terug.’ Volgens Steef was het niet één duidelijk persoon met telkens dezelfde kenmerken, maar verschillende mensen. Ook Steef zou volgens Marja in de gaten gehouden worden. Steef kon echter nergens aanknopingspunten vinden dat Marja werkelijk achtervolgd werd.

Marja’s suikeroom Henny, die met Bureau Dupin heeft gesproken, denkt wel degelijk dat er iemand achter Marja aan zat. Waarom hij dit denkt is onduidelijk. Hij omschrijft Marja als een ‘mens in nood’ en vraagt zich af waarom mensen haar niet hebben geholpen. Meer over Marja’s suikeroom bij Suikeroom Henny. Bij het Citypastoraat waar Marja vaak kwam, wisten mensen dat Marja met de dood bedreigd werd. Mensen van het Citypastoraat zijn na Marja’s dood bang geworden, omdat ze denken dat de dader misschien uit Enschede komt. De pastor van het Citypastoraat noemt Marja schizofreen. De gevoelens van bedreiging worden door Marja’s stiefmoeder Gemma aangeduid als ‘achtervolgingswaanzin’. Of de bedreiging echt is of een waanidee, is niet duidelijk.

De enige aanwijzing wie er achter de bedreiging zou zitten komt van het hotel waar Marja de dag voor haar dood verbleef. Tegen de hotelier vertelde Marja op de vlucht te zijn en te vrezen voor haar leven. Dat ging om dingen als: ‘Jezus, God een priester, de Duivel en dat soort dingen’, aldus de hotelier. Meer hierover bij Hotel.

Marja’s reis naar Gronau en Oss in de laatste dagen voor haar dood wordt omschreven als een vlucht. Marja zegt tegen mensen: ‘Iemand zoekt mij’, of ‘Ik ben bang dat ik word vermoord’. Uiteindelijk wordt Marja dood aangetroffen, maar of er een link is met haar angsten en verdenkingen is een onbeantwoorde vraag.

Religie

Marja was veel bezig met religie en zingeving. Bidden was erg belangrijk voor haar en ze had veel kerkelijke contacten. Marja groeide op in een katholieke omgeving, raakte geïnteresseerd in de Hare Krishna-beweging en verdiepte zich later ook in de evangelistische kerk. Ze maakte verschillende reizen naar Franse kloosters op de kosten van suikeroom Henny en kon genieten van de saamhorigheid onder gelijkgestemden. Omdat ze zich niet kon aanpassen, ging ze er altijd weg met problemen, aldus suikeroom Henny. Meer hierover bij Suikeroom Henny. De kerk gaf haar richting, maar religie gaf ook zorgen. Marja betwijfelde soms haar eigen vermogen om contact te hebben met God. In aflevering 3 van De Nieuwjaarsmoord geeft Steef aan dat Marja altijd een ‘grote drang naar het spirituele’ had gehad en dat ze van de ene op de andere religie overstapte. Hij zegt dat ze op zoek was naar iets, maar wat dat zou moeten zijn wist hij niet.

Citypastoraat

Marja was een vaste bezoekster van het Oecumenisch Citypastoraat Enschede. Het Citypastoraat was oorspronkelijk opgezet als aandachts- en informatiecentrum en later uitgegroeid tot een ontmoetingsplek/inloophuis. Een ‘huiskamer van de buurt’, een plek waar iedereen kon binnenlopen voor een kop koffie en een gesprek. Een oecumenische gemeenschap baseert zich op de Bijbel in de ruimste zin van het woord. Het is onbekend welke personen het Citypastoraat bezochten. Het is onduidelijk welke religieuze stromingen de bezoekers aanhangen. Het is onbekend in welke periode en hoe vaak Marja het Citypastoraat heeft bezocht en met welke personen of andere religieuze groepen Marja hier in aanraking is gekomen. Mensen die Marja kenden via het Citypastoraat zijn na haar dood angstig geworden, omdat ze dachten dat de dader van Marja’s dood uit Enschede zou komen. Meer bij Angst bij Citypastoraat.

Suikeroom Henny

In 2019 vertelt de pastor van het Citypastoraat dat Marja een ‘suikeroom’ had. Dit was een oudere man met geld en gezag uit de toenmalige Pauluskerk. Henny had een zoon, Herbert. Henny is zelf in 2020 overleden. Hij zou Marja vaak hebben bijgestaan, maar Marja heeft hem ook beschuldigd van handtastelijkheden. De politie heeft volgens de pastor met de suikeroom gesproken. Meer hierover bij Misbruik. Steef noemt deze persoon een ‘weldoener, die misschien nog dichter bij Marja stond dan ikzelf’. ‘Het ene moment is het een hele aardige man en het andere moment is het de duivel (red. naar Marja's beleving),’ zegt Steef.

In aflevering drie van de podcast De Nieuwjaarsmoord spreken Peter en Stefka met de suikeroom, die Henny heet. Hij vertelt dat hij Marja leerde kennen bij de kerk. Suikeroom Henny vertelt dat hij haar op de grond zag zitten bij de kerk, en dat haar kleren er armoedig uitzagen. Hij vertelt dat dat een indruk op hem maakte van ‘een hele diepe triestheid’. Hij wilde Marja helpen en stuurde de vrouw van de diaken met haar op pad om nieuwe kleding voor haar te kopen, waar hij voor zou betalen. Daarna zag hij haar vaker in de kerk, en raakten ze in contact. In de jaren daarna hielden ze contact en was suikeroom Henny er voor Marja. Als Marja in de problemen zat en steun nodig had, belde ze hem. Suikeroom Henny was, naar eigen zeggen, er voor Marja zodat zij haar klachten kwijt kon. Hij vertelt dat Marja van hem ‘de liefde kreeg die zij nodig had’. Suikeroom Henny regelde ook een andere woning voor Marja en zorgde voor een vakantie voor haar in Frankrijk. Henny zou zorgen dat ze altijd genoeg geld had voor op de vakantie, en zo ging Marja dan op vakantie naar Frankrijk. Henny beschrijft dat ze dan in ‘een soort zomerkamp’ terecht kwam, en dat ze zich daar ‘heerlijk vermaakte’. Tijdens haar verblijf, dat enige weken duurde, hadden Henny en Marja telefonisch contact. Hij vertelt ook dat iedere keer dat Marja hier wegging, ze in de problemen zat en dat er ruzie was. Henny zegt dat ze ‘zich niet kon aanpassen wat dat betreft’.

Suikeroom Henny geeft aan dat Marja hem vaker vroeg iets aan Jezus te vragen alsof hij de contactpersoon tussen haar en Jezus was, maar ze zag hem niet altijd als weldoener. Er waren momenten waarop zij hem de duivel noemde en boze e-mails naar hem schreef. In een van deze e-mails, gedateerd van 15 februari 2007, zegt Marja door Henny materiële, emotionele en lichamelijke schade geleden te hebben, en juist veel voor hem en zijn familie te hebben betekend. Ze omschrijft daarin Henny als iemand die graag delegeert, ‘drijft, jaagt en dwingt’. Een e-mail die Marja een week later naar Henny schreef is weer heel anders van aard. In deze e-mail vraagt Marja hoe het met Henny gaat, en of hij wil langskomen zodat hij kan zien wat zij allemaal van hem heeft gekregen - ‘alles, zo’n beetje’. Suikeroom Henny vertelt dat zijn opzet was ‘om haar weer normaal te laten denken’. Hij beschrijft Marja als ‘een mens in nood, echte nood’, maar wel als iemand die in wezen een goed mens is.

Pauluskerk

Marja's begrafenis in de Pauluskerk te Enschede. Haar vader zit in de rolstoel © Citypastoraat Enschede

De begrafenis van Marja vond plaats na de eucharistieviering in de Pauluskerk van Enschede op 10 januari 2013. De suikeroom van Marja zou bij de Pauluskerk betrokken zijn. Het is niet expliciet bevestigd dat Marja connecties met de Pauluskerk had of ze er diensten bezocht. Suikeroom Henny zegt echter wel dat hij ‘haar regelmatig bij [hen] in de kerk zag’. Dit is waarschijnlijk de Pauluskerk in Enschede geweest. De website van Bureau Dupin stelt dat Marja de steun die zij in de Maria-verering vond, niet terugvond in de protestantse kerk. De Pauluskerk is rooms-katholiek.

Pinkstergemeente

Op 15 januari 2013 publiceerde RTV Oost een bericht waarin staat dat een ex-vriend van Marja heeft gezegd dat Marja op de dag voor haar dood in Oss was om een hooggeplaatste functionaris van de Pinkstergemeente te bezoeken. Het is niet bekend wie deze ex-vriend is. Diverse media en krantenartikelen noemen het bezoek aan de functionaris als de reden waarom Marja in Oss zou zijn.

In aflevering drie van de podcast De Nieuwjaarsmoord vertelt Steef dat Marja na een tijdje de Pinkstergemeenschap ging aanhangen. Hij zegt dat hij daar wel wat moeite mee had, maar dat hij haar toch op de motor naar de bijeenkomsten van de Pinkstergemeente bracht, omdat hij haar toch wilde steunen.

Suikeroom Henny zegt dat de Pinkstergemeente ‘een rare kronkel’ in Marja had teweeggebracht. Voor Marja was de Mariaverering altijd belangrijk geweest, maar dat idee werd door de Pinkstergemeente ‘in elkaar geslagen’. Henny denkt dat dit idee Marja verwarde en dat zij de zekerheid van het geloof hierdoor was kwijtgeraakt. Het was volgens Henny de zekerheid dat Jezus en Maria bestonden, en dat Maria de moeder van Jezus was. Het schopte de gedachtegang waarmee zij was opgegroeid door elkaar.

Ook suikeroom Henny vertelt dat ‘de leider van de Pinkstergemeente’ in Oss woonde en dat Marja naar hem op zoek was. De man in kwestie heet Rob. Meer over hem is te vinden bij Huis van Gebed.

Wat door Steef en Henny wordt benoemd als de Pinkstergemeente, is in werkelijkheid het Huis van Gebed. De leden van het Huis van Gebed beschrijven het Huis van Gebed als een laagdrempelige, niet aan een bepaalde geloofsstroming gebonden gebedsgroep.

Andere groepen

De pastor van het Citypastoraat geeft in een interview aan dat bidden erg belangrijk voor Marja was en ze contact had met verschillende gebedsgroepen. Vriend Steef geeft in de podcast aan dat Marja’s zoektocht naar de verlossing alleen maar intenser werd, en ze daardoor in aanraking kwam met groepen die Steef gevaarlijker vond. Welke groepen dit zijn en waarom Steef deze gevaarlijk vond, is nog niet duidelijk.

Hare Krishna

Volgens de website van Bureau Dupin was Marja geïnteresseerd in de Hare Krishna-beweging. In aflevering 3 van De Nieuwjaarsmoord beschrijft Steef dat Marja via haar broer bij de Hare Krishna terechtkwam. Marja heeft toen twee jaar de Hare Krishna aangehangen, maar het is onduidelijk in welke periode dit was. Of ze op bijeenkomsten is geweest is ook onduidelijk. Van Marja’s broer Ralf en zijn vrouw is bekend dat ze actief bij de Hare Krishna betrokken waren. Over de relatie tussen Marja en haar broer en schoonzus is niets bekend. Zie Broer voor meer informatie over Marja's broer en zijn relatie met de Hare Krishna.

Huis van Gebed Twente

Zoals te lezen is in Pinkstergemeente, vertellen suikeroom Henny en Steef dat zij hadden gehoord dat Marja naar Oss is gegaan om ‘de leider van de Pinkstergemeente’ te spreken die zij kende van het Huis van Gebed. Het blijkt dat kennissen van deze man bij Steef aan de deur geweest zijn ná Marja’s overlijden. Mari, een lid van deze geloofsgemeenschap, vertelt dat zij Marja heeft leren kennen toen zijzelf in een christelijke boekhandel werkte. Ze vertelt dat Marja vaak boeken kwam kopen. Mari heeft Marja uiteindelijk uitgenodigd om mee te gaan naar het Huis van Gebed.

Het Huis van Gebed wordt door de leden omschreven als een samenkomst van gelovigen. Zij vertellen ook dat het Huis van Gebed losstaat van een geloofsstroming en dat het ‘gaat om Jezus’. Er wordt beschreven dat bij het Huis van Gebed iedereen welkom is en de bezoekers daar hun leven kunnen delen. Het Huis van Gebed vat het principe van het gebed op als een breed begrip, waar zang, muziek, dans en Bijbellezen ook een plaats hebben. Het Huis van Gebed Twente heeft geen eigen locatie, maar houdt haar bijeenkomsten bij De Kroeze Danne, een christelijk vakantie- en conferentiecentrum dat zich in Ambt Delden bevindt. Het correspondentieadres staat op een ander adres geregistreerd. Dit is tevens het adres waar het Huis van Gebed Twente is geregistreerd bij de Kamer van Koophandel. De leden van het Huis van Gebed hebben Marja daar leren kennen als bezoekster. Er wordt ook benadrukt dat de Pinkstergemeente iets anders is dan het Huis van Gebed. Marja sloot zich in de laatste maanden van haar leven aan bij de gemeenschap van het Huis van Gebed. Er wordt gezegd dat zij hier ‘rust en troost’ vond. Veel van de gevoelens die zij ervoer in de laatste maanden van haar leven deelde zij met Mari, Eric en Gerrie, leden van het Huis van Gebed.

Enkele SMS-berichten van Marja naar Eric. Het is belangrijk om hierbij te realiseren dat Marja beschikte over vijf telefoonnummers. Dit is één thuisnummer (netnummer 053) en vier mobiele nummers (allen Nederlands). Het is onduidelijk of ze deze nummers tegelijkertijd gebruikte, of dat ze deze één voor één, achter elkaar of door elkaar gebruikte. Eric wist ons alleen te vertellen dat hij wist dat dit de nummers waren die Marja gebruikte in de periode waarin hij haar kende.

Zondag 4 maart 2012
‘Eric, Shalom. Wegens aftappen en illegaal doorschakelen heb ik een nieuw nummer. Willen jullie bidden voor het ontmaskeren van de boosaardige bewindvoerders, die een verbond hebben tot het onthouden van mijn inkomen? Ik heb twee maanden niets ontvangen, na drie jaar financiële uitbuiting. Ik leef onder de armoedegrens, nog steeds. Ik richt me op Jezus.’

Zondag 1 april 2012
‘Vandaag had ik weer toegang tot een veilig mobiel nummer en internet. Heb de bijeenkomst vorige week jammer genoeg moeten missen. Zijn er vandaag mensen die vanuit Enschede vertrekken? Ik doe alles om te kunnen komen. Wil je me alsjeblieft voor 13:00 uur berichten? En om financiële hulp bidden?’

Maandag 9 juli 2012
‘Shalom Eric. Ik zag dat mijn mail niet ontvangen is. Ik kan geen Facebook en dergelijke nemen. Mijn postadres, woonplek en onderduikadres zijn niet meer veilig. Ik moet hoogstwaarschijnlijk het land uit vluchten. Ik ben vanavond opnieuw door slinkse zielen drievoudig beroofd. Bid je voor mij?’

Maandag 10 december 2012
‘Hoi Eric, wil je Rob vragen of hij mij kan bellen, of heel specifiek voor mijn vader wil bidden? Mijn stiefmoeder heeft geregeld dat hij geen rechten meer heeft, zoals ze bij mij en mijn broer heeft gedaan. Ik weet zeker dat God een ander plan heeft met papa.’

Maandag 10 december 2012
‘Want haar huis zinkt weg naar de dood, haar paden voeren naar de schimmen. Niet één van allen die tot haar gaan, keert weder, en zij bereiken paden des levens niet.’ (Spreuken 2:18-19)

Op 1 april 2012 vond het tweede deel van de Heart Connection training seminar plaats, een bijeenkomst van het Huis van Gebed dat één dag eerder was begonnen, op 31 maart 2012. Daarnaast vond om 15:00 uur de Love Encounter plaats. Beide bijeenkomsten vonden plaats bij De Kroeze Danne. De bijeenkomst waar Marja het over had in haar berichtje naar Eric van 1 april 2012 over had, was waarschijnlijk het Open gebedsmoment in de Stille Kapel Ambt Delden, die plaatsvond in de ochtend van 23 maart 2012, of de Netwerkdag Gebedshuizen Nederland in Amersfoort, dat plaatsvond gedurende de hele dag op 24 maart 2012, in het Rafaël Evangelisch Centrum in Amersfoort. Het Open gebedsmoment vond iedere zaterdag om 09:00 uur plaats. Voor de overige data waarop Marja berichtjes naar Eric heeft gestuurd zijn geen evenementen van het Huis van Gebed Twente gevonden.

Er wordt verteld dat Marja wel eens in een onrustige toestand naar binnen kwam, maar dat ze na te hebben gebeden weer rustig werd. Dit gebeurde ook toen zij met Rob, een bezoeker van het Huis van Gebed, een uur lang had gebeden. De mensen van het Huis van Gebed omschrijven Marja ook als virtuoos op de piano. Een lid van het Huis van Gebed vertelt dat zij geloven dat Jezus geneest, en dat Marja ook op zoek was naar ‘innerlijke rust en genezing.’

Mari, Eric en Gerrie vertellen dat zij geen verandering hebben gezien in Marja in de laatste periode van haar leven. Ook aan hen heeft Marja verteld dat zij niet graag thuis was met de jaarwisseling, omdat Steef betrokken was bij de organisatie van een vuurwerkshow, en daar kon Marja ‘totaal niet tegen’. Marja ging daarom altijd op oudjaarsdag weg om daar niet bij te zijn. Het is niet duidelijk in welke periode dit was. Mari vertelt dat Marja dan op zoek ging naar een hotel, maar dat als zij er geen kon vinden, zij gewoon in het bos zou slapen. Ze zou dit naar eigen zeggen dan ook vaker gedaan hebben. Volgens Mari is Marja daarna naar Duitsland gegaan. Mari meent zich te herinneren dat Marja haar op 31 december 2012 opbelde, in paniek was en vertelde dat er iemand voor haar [Marja] gebeld had. Mari meent ook dat Marja namen heeft genoemd van wie er mogelijk gebeld zou kunnen hebben, maar dat weet ze niet meer zeker. Daarnaast wil ze uit ethische overwegingen ook geen namen noemen. Eric vertelt daarna dat hij op 30 december 2012, om 19:38 uur een SMS van Marja ontvangt. Marja schrijft in deze SMS het volgende:

Zondag 30 december 2012
‘Ik ben vluchteling geworden. Om deze persoon, om de tweede persoon, om de derde persoon, om een organisatie. Ons gezin trekt dit niet meer. Wil je een andere persoon die we dan kennen waarschuwen? Hij bidt voor ons. Maar die persoon weet hier nog niet van en ik kan niet meer in Europa blijven.’ (SMS van Marja naar Eric)

Eric vertelt dat hij niet in de gelegenheid was op Marja’s SMS te reageren en zegt ook dat het hem al bekend voorkwam, omdat Marja wel vaker vertelde dat ze op de vlucht was. Voor zover nu bekend is, is dit de laatste SMS die Marja heeft gestuurd. Ze waant zich niet meer veilig in Europa en zegt op de vlucht te zijn voor een aantal mensen. Ook vraagt ze Eric om iemand te bellen, omdat ze hulp nodig heeft. Daarna vertelt Eric over een brief die hij rond 10 december 2012 heeft ontvangen van Marja. De exacte datum is niet geheel duidelijk. Hierin schrijft zij het volgende:

‘Wil je [X] vragen of hij mij kan bellen, eventueel of heel specifiek voor mijn vader wil bidden? Ik weet zeker dat God een ander plan heeft met papa, ik heb hem hoop gegeven. Hij wil graag leven en niet zonder zakgeld daar wegrotten.’ (Brief van Marja naar Eric)

Rob

Deze persoon, Rob, die Eric [X] noemt, woonde volgens Eric in Oss. Volgens Eric heeft Marja geprobeerd hem te bereiken omdat hij haar zou kunnen helpen. Marja heeft Rob in november 2012 bij het Huis van Gebed leren kennen en hij heeft toen samen met haar gebeden. Rob vertelt een ander verhaal. Hij geeft aan dat hij tijdens een avond bij het Huis van Gebed Twente gevraagd werd om voor iemand te bidden, samen met een andere vrouw. Ze beden hier samen voor Marja. Hij vertelt dat hij een speciale gave gekregen heeft van God om voor andere mensen te bidden. Rob geeft aan dat hij geen intensief contact met Marja had. Er werd wel over haar gesproken. Hij geeft aan dat Marja misschien het idee had dat ze een goede band hadden, terwijl hij dat zelf niet zo heeft ervaren. Marja heeft in Rob misschien een vaderfiguur gezien. Rob heeft naar eigen zeggen geen contact gehad ná hun ontmoeting bij het Huis van Gebed Twente, anders dan het telefoontje van Paul. Rob spreekt het verhaal van Eric tegen, en beweert dat hij ook geen telefonisch contact met Marja heeft gehad na hun ontmoeting in het Huis van Gebed. Hij zegt dat hij het zich niet meer kan herinneren en dat hij misschien zijn telefoonnummer aan Marja heeft gegeven als Marja hulp nodig had voor het bidden. Het zou dus mogelijk zijn dat Rob wél telefonisch contact heeft gehad in de laatste dagen van Marja's leven, rond 21 of 22 december 2012, zoals blijkt uit een SMS van 22 december 2012 die Rob naar Eric heeft gestuurd.

Zaterdag 22 december 2012 Gisteravond met Marianne gesproken. Ze zei meteen: mijn beltegoed is bijna op. Kan ik je morgen bellen? En ik zei: doe maar om 12 uur en dat vond ze goed en heb nog even gesproken met haar en toen verbrak ze de verbinding en toen geen contact meer gehad. (SMS van Rob naar Eric)

Suikeroom Henny zegt dat Marja van Gronau naar Oss toe is gevlucht uit armoede, om bij Rob hulp te krijgen, maar dat zij die hulp dus niet gekregen heeft. Hij vertelt dat Rob geen tijd voor haar had, en haar de deur heeft gewezen. Steef beschrijft hoe Marja het vaak voor elkaar kreeg om achter telefoonnummers en adressen te komen, en dat ze zo dus ook achter het adres van Rob was gekomen. Rob woonde ten tijde van Marja’s overlijden op Anker 21 in Oss. Henny zegt dat mensen van de Pinkstergemeente uit Oss hem hebben verteld dat Marja naar deze ‘leider van de Pinkstergemeente’ op zoek is geweest. Wat Henny hier de Pinkstergemeente noemt, is in werkelijkheid het Huis van Gebed. Of Marja werkelijk bij deze Rob aan de deur is geweest is niet bevestigd. Steef zegt dat ze had verteld dat ze eigenlijk naar haar vader zou gaan, maar dat ze uiteindelijk naar Oss is gegaan voor hulp van Rob, maar dat zij dit niet heeft gekregen. Rob zelf beweert echter dat zij niet aan de deur is geweest.

Hallo